Wachten duurt lang en ik ben al niet bepaald een geduldig persoon. Maar waar ik eerder schreef dat ik zo oververhit en bezweet binnen kwam, is dat inmiddels het tegenovergestelde. In m’n hemdje lig ik op een kamer waar het vreselijk koud is. En hoewel er veel verplegend personeel voorbij loopt in de gang, is er niemand die het verlossende woord komt brengen.

Als er een dame wat spullen komt opbergen vraag ik haar om een deken. Ze dekt mij toe en legt ook nog een tweede deken voor me klaar. Ik probeer een beetje te slapen, want de afgelopen uren waren slopend. Maar de slaap wil helaas niet vatten. Gelukkig komt op een gegeven moment eindelijk een verpleegkundige. Zij komt mij nog het een en ander toedienen. Ook mag ik een heerlijk bekertje maagzuurremmers drinken terwijl ze vertelt dat ik zo over word gebracht naar het observatorium. Observatorium?!?! Dat klinkt niet veelbelovend. En de arts dan?
Wanneer ik opgehaald word blijkt dat de arts niet meer gaat komen vanavond. Uit het bloedonderzoek zijn wel wat verhoogde waarden terug gekomen, maar geen die aansluit bij de eerder genoemde mogelijke diagnoses. Ze willen me een nachtje houden ter observatie en morgen krijg ik dan een nieuw bloedonderzoek. En terwijl ik het mij gemakkelijk maak op m’n nieuwe kamer, vertelt ze dat ik vanaf 00:00 nuchter moet blijven. Bij voorkeur dus ook geen water meer.
